woensdag 8 januari 2014

De strijd der Italianen doemt op bij zien roze trui Giro d'Italia


De sportwereld is saai op dit moment. We zitten weliswaar in aanloop naar de Olympische Spelen, maar er gebeurt heel even niet zoveel. Toch ging mijn sporthart even sneller kloppen. Op Twitter zag ik het nieuwe tenue voor een van mijn favoriete sportwedstrijden voorbij komen: de Giro d’Italia. Deze koers is anders dan andere wielerwedstrijden en Italiaanser ook. Spektakel is het codewoord. Het doel van de organisatie. De renners zijn vaak ook net wat aanvallender in de koers.

Italië en wielrennen is natuurlijk sowieso al een eenheid. Zelfs voor de tweede wereldoorlog is deze sport al groot in het land van de pizza, de maffia en Berlussconi. De Nordist van Toscane Gino Bartali is een groot coureur. In 1936 en 1937 wint hij de ronde van Italië. Wanneer hij besluit in Frankrijk mee te doen aan de andere grote ronde, wint hij met meer dan 20 minuten verschil van zijn Belgische concurrent Félicien Vervaecke. In 1940 staat hij weer aan de start van de Giro d’Italia, maar wordt dan nota bene door zijn eigen knecht Fausto Coppi geklopt. Het is een begin van een strijd tussen de brave katholieke Bartali en Il Campionissimo Coppi.

In 1940 breekt er echter oorlog uit en opnieuw laat Bartali zijn goedheid zien. Hij ontvangt achteraf de hoogste onderscheiding voor het redden van  honderden joden en Britse soldaten. Dit door in het frame van zijn fiets valse identiteitspapieren mee te smokkelen tijdens trainingsritten. Waar Bartali de goeddoener was, ging Coppi er vandoor met de vrouw van dokter Locatelli. Dit terwijl hij zelf ook nog een vrouw had. In 1946 staat er weer een Giro D’Italia op het programma. Italië is verdeeld in het kamp Bartali en het kamp Coppi. Coppi zorgt voor een klap bij Bartali door hem in de Dolomieten op vijf minuten te zetten. Toch weet de oude meester de roze trui te behouden en wint met slechts 47 seconden verschil de ronde.

De twee houden de wielerwereld in hun greep. Tussen 1940 en 1954 winnen ze samen acht maal de ronde van Italië. Jaren later is er nog een Italiaan die het hele volk in vervoering kon brengen. In 1998 won Il Elefantino zowel de Giro d’Italia als de Tour de France.  Marco Pantani liet het Italiaanse volk terugdenken aan oude tijden. Hij was de koning in de bergen. Met heroïsche etappeoverwinningen en aanvallen wordt hij in een klap de nationale volksheld. Maar zoals ook zo vaak hoort bij het Italiaanse wielergeweld gaan de sterren ten onder. Pantani verloor zichzelf in de verdovende middelen toen het wat minder ging en overleed aan een overdosis cocaïne.

Nog eenmaal krijgt Italië een strijd binnen een team opgevoerd in hun ronde. Het is het jaar 2004 en Gilberto Simoni heeft het jaar daarvoor de Giro d’Italia gewonnen. Samen met zijn ambitieuze knecht Damiano Cunego staat hij aan de start. De op dat moment 32-jarige Simoni pakt de leiderstrui al snel.  Als Cunego in een ontsnapping meegaat en het roze pakt, is de strijd ontbrand. Dagenlang rijdt de kleine prins in de trui. Hij verliest deze uiteindelijk aan Popovitsj, maar blijft goed in het klassement staan. Simoni ziet de bui hangen en spreekt: “Damiano moet geduld hebben. Hij heeft alles, vooral tijd. Ik wil hem tonen hoe de Ronde van Italie wordt gewonnen.”

In een rit door de Dolomieten deelt Simoni een aantal speldenprikken uit, maar Popovitsj breekt niet. Totdat Cunego het tijd vindt voor de aanval en hij rijdt iedereen kleurenblind. Vanaf dat moment is de jonge Italiaan de baas in de koers. Het doet Simoni besluiten om een pact te sluiten met Garzelli. In de slotetappe vallen de twee aan op de Mortirolo, maar Cunego verblikt of verbloost niet en laat de concurrentie het werk doen. Hij wint die Giro d’Italia. Het is nu nog enkele maanden wachten, maar ik hoop nu alweer op zo een strijd in deze mooie ronde. De nieuwe roze leiderstrui is er inmiddels al, ontworpen door een Schot.


Permalink voor ingesloten afbeelding
Bron afbeelding: Twitter Renaat Schotte





Geen opmerkingen:

Een reactie posten