dinsdag 22 april 2014

Een schilder die zijn schilderij met een pen op schreef, dat was Bril

Het is bijna twaalf uur en ik druk mijn tv uit. Ik pak een fles whiskey, schenk mijn glas vol. Voorlopig zou ik toch nog niet kunnen slapen. Niet moe genoeg. Dat krijg je als je 's ochtends te lang in dat bed blijft liggen. Zojuist zag ik op het nu zwart geworden scherm een documentaire over Martin Bril. Een markante man, maar een bijzonder goed schrijver. Eerder die dag had ik al in zijn Volkskrant een stuk over hem gelezen. Het deed hem niet direct eer aan. Het was onnodig kritisch. Alsof er nog een oordeel over een man die al vijf jaar terug heen is gegaan geveld moest worden. Het was zuur. Iets wat we van de Volkskrant kennen. Bril was dit niet. Hij was niet van de meningen en opinies. Hij beschreef liever. Over de vrouwen en hun rokjes, de rotondes of wat hij op een dag gezien had. Een schilder die zijn schilderij met een pen op schreef, dat was Bril. Ik heb na zijn dood veel verzameld werk van hem gelezen. Het raakte mij. Het was mooi en het bracht me in een omgeving. Een die hij had gecreëerd. In Nederland zijn er weinig en misschien wel geen columnisten die dit ook kunnen.

In de documentaire kwam ook een vraag naar voren. Was Bril gelukkig? Ronald Giphart en Bart Chabot werden door Coen Verbraak hierover ondervraagd. Vier jaar lang waren zij met hun drieën op tournee geweest. Het moet voor het publiek geweldig zijn geweest. Giphart heeft hem gelukkig gezien. Bril was gelukkig als hij schreef of voorlas. Ondanks of wellicht dankzij zijn motivatie hierachter. Want de man die de woorden verbaasd liet zijn over hoe ze in een zin gebruik werden, zoals Matthijs van Nieuwkerk dat zo mooi verwoordde, bleek ook zakelijk naar het leven te kijken. In de kleedkamer doet hij de uitspraak: als ik genoeg geld heb om nooit meer te hoeven werken, zou ik nooit meer een woord op papier zetten. Het is vreemd. De man die tot vijf dagen voor zijn dood nog columns bleef schrijven, die deze woorden uitspreekt. Het wordt verder verklaard door de Volvo die vaak in stukjes terugkwam. Ook de onaangekondigde bezoekjes bij restaurants waar hij gratis at, werken mee aan de beeldvorming. Toch blijkt dat Bril liefde heeft voor het schrijven. Zeker voor de vorm van de laatste jaren in de Volkskrant.

Vlak voor zijn dood laat hij weten dat hij baalt dat hij te laat is begonnen met wat hij kan. Hij baalt tevens omdat hij er ook al te vroeg mee moet stoppen. Hij wil nog tijd in steken om een goede vader te worden. We weten allemaal dat het hem niet gegeven is. Het doet mij nadenken. Met mijn glas whiskey. Ik ben nu 23 jaar. Nog relatief jong, maar je weet nooit hoe lang je nog krijgt. Ik sta ook op het punt om een richting te kiezen in mijn passies. Op dit moment heb ik nog geen idee. Deze komende weken zal ik nog vaak met een glas whiskey zitten en denken over mijn toekomst. Als ik een slok neem zal ik denken aan Bril. Die nam een tijd een aantal slokken teveel, waardoor hij uiteindelijk te laat kon beginnen waar zijn hart echt lag. Het laat me ook weten dat je soms fouten moet maken om uiteindelijk juist terecht te komen. Dus wellicht maak ik komend jaar de verkeerde beslissing. Doe ik dingen die ik helemaal niet wil. Zolang ik uiteindelijk maar mijn hart vind en leef waarvoor ik wil leven. Dat ik dan achteraf moet zeggen dat het tekort was, dat is dan maar zo.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten